Wanneer je in het verleden een leerlinge hebt mogen begeleiden die beginnende anorexia had, wanneer je weet welke impact dit heeft op het leven van een jong meisje, dan kan het niet anders zijn dan dat Tot je valt van Lidewij Martens je van de sokken blaast.
Tot je valt is verstillende proza. Kalm, kabbelend als een fris beekje in het Limburgse heuvellandschap verwoordt Martens haar heftige thematiek: anorexia. Het verhaal verloopt als volgt: Nico, veerman van een door hemzelf aangekochte pont, vaart elke dag heen en weer naar de overkant. De bouw van de nieuwe brug over het water gaat gestaag door, wetend dat wanneer de brug klaar is, het ‘vaardoek’ voor hem valt. Tegen de achtergrond van dit decor speelt het verhaal zich af. Meerdere keren in het verhaal lezen we beetje bij beetje hoe het verder gaat met de brug. Het houdt gelijke tred met de ontwikkelingen in Nico. Het gaat naar een onverbiddelijk einde. Tijdens de overtochten die hij dagelijks maakt, gaan zijn gedachten uit naar zijn dochter Geesje. Hij denkt aan hoe ze eet, hoe ze praat om hem af te leiden van haar eetgedrag- en patroon. ‘Als je echt wilt, maar dan ook echt, kun je alles.’ Ook niet eten, klinkt een stem in zijn hoofd.’
Nico worstelt steeds met de dood van zijn dochter Geesje, ze viel ten prooi aan anorexia. Op een dag ontmoet Nico een nieuwe passagier, een jonge vrouw van negentien. Ze doet hem erg denken aan Geesje. Zijn onmacht tegenover de levenslust en de wilskracht van de jonge vrouw worden op grootse wijze klein beschreven. Zoals Nico en Geesje over de grenzen van de dood heen elkaar ten diepste niet kunnen loslaten, zo blijven beide personages haken in de geheugens en harten van de lezers.
Het blijft niet bij die ene ontmoeting, Nico gaat steeds meer uitzien naar deze jonge vrouw die hem mateloos intrigeert. Ze leren elkaar steeds verder en dieper kennen. Ondertussen gaat de bouw van de brug verder…
Lidewij Martens vertelt in fraaie zinnen haar verhaal. Hoe heeft het zover kunnen komen met Geesje? Welke rol speelde de scheiding van haar ouders? Haar lichamelijke ontwikkeling en het kopen van haar eerste bh maken veel los in Geesje. Langzaam maar zeker wordt de lezer deelgenoot van Geesjes psyche, haar strijd, haar verdriet, haar pogingen om haar ouders bij elkaar terug te krijgen. In wisselende perspectieven en vele flashbacks leer je de personages goed kennen en zie je wat hen bezielt en hoe hun ‘struggling for life’ zich ontwikkelt.
‘Ze had mijn geluk niet onder controle. En ik luisterde niet. Haar lichaam luisterde wel. Het gehoorzaamde, al kon ze nergens aan denken dan aan die appel in haar tas. Als ze niet at, had ze weer gewonnen.’
Het boek bevat achterin enkele mooie leesvragen voor leesclubs en biedt stof tot nadenken en beleven voor scholieren en hun docenten Nederlands.Tot je valt is verplichte kost op alle leeslijsten literatuur in het voortgezet onderwijs alsmede voor alle hulpverleners binnen de geestelijke gezondheidszorg. Opdat we zullen herkennen, leren en.. strijden.