Bloem, Marion | Haar goede hand

Marion Bloem - Haar goede hand

Een haat-liefdeverhouding tussen moeder en dochter  – een boeiend thema voor Haar goede hand van Marion Bloem. Haar Roman over mijn moeder laat ons vanuit het perspectief van dochter Sonia kennismaken met moeder Melanie.

Bloem presenteert door de keuze van de namen Haar goede hand als fictie, hoewel het autobiografisch karakter van deze roman onmiskenbaar is. De relatie tussen fictie en werkelijkheid is een interessant aspect van dit aansprekende boek.

Het leven van Melanie is niet gemakkelijk geweest. Als meisje in Nederlands-Indië werd ze getroffen door polio en  hield er een beschadigde rechterarm aan over. Ook het verblijf in het jappenkamp en de periode in een vijandig Indonesië lieten hun sporen na. Ze heeft al vroeg geleerd het verlies van haar ‘goede hand’, zoals de rechterhand toen genoemd werd, te compenseren.  Haar verleden heeft haar gemaakt tot wie ze is: een strenge, soms harde  en tegelijk onzekere  en gastvrije, warme vrouw.

Sonia groeit op als dochter van deze getraumatiseerde moeder die met grote regelmaat de pollepel hanteerde om haar kinderen in het gareel te houden maar het ook voor hen opnam als iemand hen te na kwam. Voor Sonia is haar moeder geen voorbeeld. ‘Als meisje van twaalf nam ik me voor om nooit zoals mijn moeder te worden. [….] Alles zou ik anders doen’.

Zelf ouder geworden wil Sonia  haar moeder leren begrijpen.  Ze probeert een goed beeld van het leven van Melanie te geven.  Daarbij verwoordt zij de ingewikkelde relatie die zij met haar moeder heeft eerlijk en respectvol.   Ze ondernemen een gezamenlijke reis naar Indonesië en dan hoort Sonia over gebeurtenissen uit het verleden van haar moeder die tot dan toe altijd ongenoemd zijn gebleven, maar die het leven van haar moeder wel gestempeld hebben.

Pijnlijke situaties, zoals het lichamelijk geweld, worden in ‘Haar goede hand’ niet verzwegen. Er groeit ook begrip voor Melanie die in Nederland met een totaal andere cultuur geconfronteerd werd. Sonia herinnert zich bijvoorbeeld hoe Melanie bij visite meteen in de keuken verdween om een overvloedige maaltijd te bereiden voor de gast, maar de gast  aan zijn  of haar lot overliet in de woonkamer. Als kind schaamde ze zich daar voor en probeerde haar moeder als gastvrouw te vervangen, maar later realiseert ze zich dat Melanie vroeger niet anders gewend was dan dat het personeel de opdracht kreeg een maaltijd te verzorgen zodra er gasten waren. Bij gebrek aan personeel, ging Melanie dus zelf de keuken in.

Het boek bestaat uit korte,  aansprekende vertellingen, die samen uiteindelijk laten zien wie Melanie was en is geworden en wat zij voor Sonia betekent.  Bloem schrijft niet chronologisch maar het verhaal is goed te volgen, mede door de vetgedrukte zinnen die als aanhef boven elk fragment staan.

Kortom: Haar goede hand  is een ontroerend verhaal waarin een dochter de liefde en waardering voor haar moeder, die ze vaak niet heeft kunnen uiten, uiteindelijk verwoordt: ‘U bent mijn mama’.

Voorhoeve, Anne | Kascha

kascha.9789026621468Anne Voorhoeve (Mainz, 1983) is een Duitse schrijfster. Ze wijdt zich sinds 2000 geheel aan het schrijverschap. Haar eerste roman, Liverpool Street, vertaald in het Nederlands, werd bekroond met de Buxtehuder Bulle 2007, een gerenommeerde Duitse prijs voor jeugdliteratuur.

Kascha verhuist met haar Sinti-familie naar een dorp in Noord-Duitsland, Groß-Mooren genaamd. In het dorpje wacht hen geen warm welkom. De inwoners lijken zich zelfs aan hen te storen. Voor Kascha is het een raadsel waarom. Net als wat er jaren geleden met familieleden van haar is gebeurd. De enige die zich niet aan hen stoort is de buurman, meneer Hugomüller. Een hevige sneeuwstorm zet alles op z’n kop in het dorpje. Door bepaalde omstandigheden zit Kascha dagenlang met haar vervelende nichtje Bettina opgescheept, door Kascha telkens tuthola genoemd. Uiteindelijk weten de Groß-Moorenaren samen te werken en komt de sneeuwstorm ten einde. Het leven is weer ‘normaal.’ Maar niet voor Kascha. Haar zus is weg en ze heeft een geheim dat alleen haar puro,( dat grootvader betekent), en tante Lonny weten. Dan komt een tweede sneeuwstorm opzetten. Deze sneeuwstormen zijn voor de Sinti-familie aangrijpende tijden.

Een belangrijk thema in het boek Kascha is verzoening. En iedereen gaat daar weer anders mee om. Kascha wil niet veel met de Groß-Moorenaren te maken hebben. Ze denkt dat de Groß-Moorenaren slecht van hun profiteren wanneer dat kan. Kascha is erg achterdochtig. Haar vader echter doet alles om in een goed blaadje bij de Groß-Moorenaren te komen, maar is wel voorzichtig door het verleden van zijn vrouw. Toch staat hij voor ze klaar, probeert alles zo goed mogelijk voor elkaar te hebben en probeert te zorgen voor het welzijn van de Groß-Moorenaren. Verzoening is bijna het enige wat hij wil. De moeder van Kascha denkt bijna hetzelfde als haar man, maar is veel voorzichtiger en nog steeds bang voor het verleden.

Het boek Kascha is een leuk boek voor als je even ontspanning zoekt. Het is een fijn jeugdboek en tijdens het lezen roept het boek best wat vragen op. Vragen waar je als lezer het liefst zo snel mogelijk antwoord op wilt hebben. Wel is het zo dat je soms een regel of stukje tekst even moet overlezen of herlezen om echt goed te snappen wat er gebeurt, wat er wordt gezegd of gedacht. Doordat het verhaal in de ik-vorm is geschreven leest het prettig. Zo heb je één persoon waarin jij je het meest inleeft. Een aanrader om je eens even lekker mee te ontspannen!

Lucius, Walter | Schaduwvechters

Lucius-SchaduwvechtersSchaduwvechters is het tweede deel in de Hartland Trilogie. Het eerste deel De vlinder en de storm is bij verschijning van deel twee in een nieuw jasje gestoken en deels herschreven. Opmerkelijk! En eerlijk is eerlijk… het zijn alleen al om te zien juweeltjes van boeken! Uitnodigend, mysterieus en sprankelend smaken de covers naar meer. Lucius heeft het hem gelapt! Hij zet 2 fantastische verhalen neer, volkomen in stijl en met veel vaart. Hij beheerst de vaardigheid een stevig verhaal zeer gedetailleerd uit te werken zonder dat het aan tempo inboet. Walter Lucius: onthoud die naam!

‘Ik, Farah Hafez, steun de jihad tegen het misdadige regime van president Potanin.’ Met deze zin zit je als lezer middenin het verhaal van Schaduwvechters. Wie uit dit? Waarom? Wat ging eraan vooraf? Vragen, vragen, vragen… Belangrijk is dat je eerst De vlinder en de storm leest. Deel 2 is niet gemakkelijk onafhankelijk van deel een te lezen. Daarvoor mis je teveel voorinformatie. Inhoudelijk ga ik nu met name in op Schaduwvechters.

Journaliste Farah Hafez, Nederlandse en van origine Afghaanse, heeft zich op een heftige zaak gestort: in het Amsterdamse Bos is een jongetje in traditionele Afghaanse vrouwenkleren gevonden. Farah ontfermt zich over dit jongetje en besluit uit te zoeken wie hij is en waarom hij op die plaats was. Gaandeweg het eerste deel weet je dat er een grootschalige misbruikzaak speelt waarbij politieke kopstukken een kwalijke en bedenkelijke rol spelen. Schaduwvechters begint waar deel 1 eindigt, met de volgende heftige ingrediënten: ‘een aangereden joch, een verdachte minister, twee verkoolde lijken in een uitgebrande stationwagen, het misbruikte en met kogels doorzeefde lichaam van een vrouwelijke arts, poging tot ontvoering van de jongen, het verbrijzelde lichaam van een rechercheur die van honderdvijftig meter hoogte op de entreebalken van de Rembrandttoren was gevallen (…)’

In Schaduwvechters is Farah Hafez betrokken geraakt bij een gijzelingsactie in Moskou. Nadat deze actie op heftige wijze beëindigd is, wordt ze de speelbal van diverse geheime (inlichtingen)diensten, slaat ze op de vlucht en komt ze in Indonesië terecht. Een flitsend verhaal vol spanning, intriges, moord en geheimzinnigheid ontvouwt zich voor het geestesoog van de thrillerliefhebber. Naast Hafez ontmoet de lezer ook ( en opnieuw) Paul Chapelle, collega-journalist. Samen duiken ze diep in het inmiddels wereldwijde schandaal. De reis voert hen naar Rusland, Indonesië, Amsterdam en Zuid-Afrika. Ondertussen loopt de zaak met het gevonden Afghaanse jongetje nog steeds door in Amsterdam. De politie aldaar bijt zich in die zaak vast en volgt een spoor. Los daarvan volgen Chapelle en Hafez ook hun eigen spoor. Deze wisselingen van perspectief verlopen vlekkeloos en lopen naadloos in elkaar over. Als aan het eind alle sporen samenkomen in een fraaie apotheose slaak je een diepe zucht en blijf je nog wel even nadenken over hetgeen je hebt gelezen. Kom maar op met deel 3!

Fitzek, Sebastian | Het Joshuaprofiel

cover FitzekEen heftige thematiek en een met enthousiasme geschreven snelle thriller die spijkerhard binnenkomt: Sebastian Fitzek, een van de beste thrillerschrijvers van het moment, levert hiermee Het Joshuaprofiel af. ‘Ik weet niet hoe het u vergaat, maar een paar van mijn allerbeste vrienden die een vroeg ontwerp van Het Joshuaprofiel mochten lezen, zeiden daarna: ‘Fitzek, ik haat je!’ Op mijn vraag, waarom, verduidelijkten ze: ‘Omdat je me zover hebt gekregen een pedofiel aardig te vinden.’ In het nawoord gaat Fitzek hier verder op in. En even verder schrijft Fitzek: ‘De dag dat ik hem ( de kindermisbruiker, red.) besloot in deze thriller meer ruimte te geven dan oorspronkelijk gepland, was toen op de snelweg een auto voor me reed met op de achterkant een sticker waarop stond: DOODSTRAF VOOR KINDERSCHENDERS!’

In Het Joshuaprofiel gaat Fitzek in op kindermisbruik, kindermishandeling, (terug)plaatsing in pleeggezinnen alsook ‘predictive policing’: het feit dat de overheid al je dataverkeer op het internet screent en scant. Op basis hiervan kan de overheid ‘voorspellen’ of je al dan niet kwaad in de zin hebt. Dit wordt ook wel criminaliteitsvoorspelling genoemd. Fitzek haalt hierbij ook de wellicht bekende speelfilm Minority Report (met Tom Cruise in de hoofdrol) aan. Wat in die film nog sciencefiction was, is dat nu niet meer…

Het verhaal zit doordacht en complex in elkaar. De intro op het verhaal bestaat uit een fragment uit een thriller die de hoofdpersoon Max Rhode geschreven heeft, getiteld De Bloedschool. De research die Rhode heeft uitgevoerd via de digitale snelweg voor het schrijven van dit boek brengt hem in groot gevaar. Joshua ( en ik verklap niet wie of wat hier achter zit) is hem op het spoor. Deze geheimzinnige en schimmige tegenstander ontvoert zijn dochter en heeft inmiddels meerdere slachtoffers gemaakt. Of is het toch Max zelf die erachter zit? Welke rol speelt de broer van Max in dit alles: Cosmo? Een crimineel van het zwaarste kaliber en net terug uit de gesloten psychiatrische inrichting… De hamvraag in het hele boek: Kan ik de touwtjes van mijn leven nog wel in eigen handen houden? Speelt het lot met mijn leven? Of houdt een hogere en belangrijkere macht de teugels van je bestaan in handen? De cover van het boek beeldt dit schitterend uit. Vanuit veel verschillende perspectieven maak je het verhaal mee, je bent zelf ‘player in the game’. Je betrokkenheid op het verhaal neemt hierdoor sterk toe.

Uiteraard blijft het zoals in zovele boeken van Fitzek tot op het laatst vaag, Fitzek legt pas in de finale de allerlaatste puzzelstukjes keurig op zijn plek. Niets is wat het lijkt! En dat vind ik de kracht van Fitzek. Het blijft tot op het eind geloofwaardig. Tussen de regels door speelt Fitzek nog even met recensenten van boeken, dit wil ik niemand onthouden: ‘Het hele eiereneten was toch dat recensenten vaak in de waanzinnigste figuren levensechte personen zagen, van wie ze de authenticiteit hemelhoog prezen, zoals Hannibal Lecter, de hyperintelligente kannibaal, die in het echt niet bestond. Daarentegen werd een schrijver die een realistische dader beschreef met het verwijt ‘cliche’ om de oren geslagen.’ 

Timmer, Ernst | De val van mijn moeder

De val van mijn moeder - Ernst TimmerDe val van mijn moeder

Vroeg of laat krijgt bijna iedereen er een keer mee te maken: het zorgverleningscircuit. In De val van mijn moeder loodst Joost Beekman, het alter ego van Ernst Timmer, de lezer in 60 hoofdstukken door de wereld van de ziekenhuizen en zorginstellingen waarin zijn moeder na een val terecht komt.

Een gebroken arm luidt een periode van toenemende afhankelijkheid in. Op laconieke en daardoor vaak grappige wijze beschrijft Timmer wie en wat er allemaal aan te pas komen als een oude dame die aan evenwichtsstoornissen en vergeetachtigheid lijdt uiteindelijk niet meer in staat is om zelfstandig in haar appartement te wonen.

Ontroerend is de blijmoedige manier waarop de vrouw haar ongemakken aanvaardt, zoals ze haar hele leven de minder mooie en moeizame kanten wist te relativeren met haar ‘er zijn zoveel mooie dingen’.  En er waren nogal wat problemen en beperkingen! Ernst Timmer schetst in De val van mijn moeder het beeld van een vrouw die haar hele leven geprobeerd heeft anderen te helpen, ondanks haar eigen moeiten, maar die het tenslotte van de zorg van anderen moet hebben.

Schrijnend is het om te zien hoe de vrouw de grip op haar eigen leven meer en meer verliest mede door  de rol die de soms onbegrijpelijke bureaucratie binnen de gezondheidszorg  daarin speelt. Ernst Timmer beschrijft deze bureaucratie met humor, maar als lezer waan je je soms in een kafkaëske situatie: elkaar tegensprekende artsen, beloftes die niet waar gemaakt kunnen worden, regels, formulieren, plannen en afspraken. Zelfs voor het laten ophangen van een schilderijtje door de technische dienst zijn aanvraagformulieren nodig…

Het aan Hugo Claus ontleende motto ‘Een mens is niet gemaakt om van ’t een in ’t ander gesmeten te worden lijk een ei in de pan’ is raak gekozen  en geeft precies weer waar ’t aan schort in de wijze waarop zorg geregeld is. Wie niet meer voor zichzelf kan zorgen, wordt een speelbal op het veld dat zorgverlening heet. Timmer wil met dit boek de zorgverleners, die in een bonte stoet voorbijtrekken, zeker niet op een negatieve manier wegzetten; hij wil wel een beeld geven van de situatie in de zorg en dat doet dat op een integere maar kritische wijze waarmee hij je aan het denken zet. Na het lezen van dit boek, met eigen dierbaren in gedachten, hield ik een wat dubbel gevoel over: ik heb genoten van het boek maar ontkwam niet aan een gevoel van verdriet over het lot van onze ouderen en hulpbehoevenden die niet meer in staat zijn zelfstandig hun leven te leiden.

Boerboom, Joep | Jan Terlouw

jan-terlouw-jeugdboekenheld-op-het-binnenhof-joep-boerboom-boek-cover-9789089536136Onafhankelijk in denken en doen, een groot verantwoordelijkheidsgevoel en fervent voorstander van vrijheid kenmerken de jeugdboekenschrijver en erudiet politicus Jan Terlouw (1931). De Tweede Wereldoorlog heeft hem gemaakt tot wie hij is geworden. Al jong kreeg hij (verzets)taken te verrichten en diende hij belangrijke beslissingen te nemen. In zijn jeugdboeken zien we dan ook vaak jonge mensen die vroeg volwassen moeten denken en handelen in allerlei (onvoorziene) situaties. Zijn wieg stond in het Overijsselse Kamperveen in de pastorie van de Nederlands Hervormde Kerk. Het verhaal gaat dat zijn vader, predikant, gezegd zou hebben dat in de wieg een toekomstig minister lag. Het bleken profetische woorden!

Als in 1935 het gezin Terlouw verhuist naar Garderen wordt een tweeling geboren: Ronald en Yvonne. Jan en zijn broer Theo vinden dit maar niets en besluiten hun broertje en zusje dan maar ‘poep’ en ‘pies’ te noemen. Al van kinds af aan was Jan degene die de leiding en het initiatief nam. Wanneer Theo en Jan samen speelden vond Jan het maar wat moeilijk om de leiding uit handen te geven, wat hij had bedacht moest gebeuren.

In zijn studententijd sluit Jan zich aan bij een studentenvereniging. Hij besluit zich in 1951-1952 met succes te kandideren voor het voorzitterschap. Echter, spreken gaat hem in het openbaar niet gemakkelijk af. In tegenstelling tot zijn vader, naar hem kijkt hij dan ook met veel bewondering. Wanneer Jan zich aan het eind van zijn studententijd voorneemt verder te gaan als wetenschapper in kernfusieonderzoek komt hij in contact met de kleurrijke Pool Stanislaw Kulinski, kortweg Stach. Jan heeft deze naam gekozen als hoofdpersoon in zijn beroemde jeugdroman Koning van Katoren. Dat deze naam aansloeg, blijkt uit het feit dat hij vele geboortekaartjes kreeg van mensen die hun zoon Stach noemden.

Jan trouwt met Alexandra van Hulst. Samen krijgen ze 3 dochters en een zoon. Let wel, krijgen! Want aan het begrip ‘kinderen nemen’ heeft Jan een gruwelijke hekel: ‘Ik haat die uitdrukking tot in het diepst van mijn ziel. Wat een hovaardij. Onze mogelijkheid is zo klein, zo afhankelijk van buiten de macht liggende factoren. Er valt niets te nemen.’ Ondanks dat Jan en Alexandra uit heel verschillende milieus afkomstig zijn, zitten ze qua opvoeding van de kinderen absoluut op een lijn. Al vanaf jonge leeftijd laat Jan ze zelf verantwoording afleggen over hun gedrag, door te vragen waarom ze iets hebben gedaan. Niet streng, toch een man van gezag, zo herinneren de kinderen zich hem.

Joep Boerboom, auteur van deze boeiende en lezenswaardige biografie, heeft met veel mensen gesproken in de directe omgeving van Terlouw. Diep en uitgebreid wordt ingegaan op de politieke loopbaan van Jan in combinatie met zijn schrijverschap. Hoe kwamen bepaalde jeugdboeken tot stand? Waar haalde hij zijn inspiratie vandaan? Oosterschelde windkracht 10 bijvoorbeeld handelt over de discussie over de Oosterschelde die of opengehouden moest worden of afgesloten diende te worden uit veiligheidsoverwegingen. Boerboom heeft lange gesprekken gevoerd met Terlouw op zijn landgoed aan de IJssel. Terlouw verzuchtte: ‘Kunt u niet wachten tot ik dood ben?’

Zelden maakte een politicus zo’n stormachtige opkomst en neergang door in de Haagse politiek als Jan Terlouw. Het resultaat hiervan ligt vast in een helder gedocumenteerde en fraaie biografie die zowel de mens als de politicus Jan Terlouw dichter bij het volk brengt.

 

Walraven, Esther | Daan & Nadia

9200000051759434Daan en Nadia ontmoeten elkaar in het ziekenhuis. Als ze uiteindelijk telefoonnummers hebben uitgewisseld ontstaat er een vriendschap. Nadia heeft het erg moeilijk thuis en als ze een keer bij Daan is geweest voelt ze zich daar fijner dan thuis. Daan heeft een fijne familie en ze zijn allemaal erg op Nadia gesteld. Nadia probeert Daan zo veel mogelijk te steunen tijdens zijn ziekte, Daan heeft namelijk een hersentumor. Datzelfde doet Daan bij Nadia, maar Daan kent de problemen van Nadia niet. Toch is hij tot steun. Hun vriendschap groeit uit tot iets meer dan alleen een vriendschap. Maar beide staan ze toch elke dag voor de vraag: “Zal Daan het overleven?”

Esther Walravens thematiek in ‘Daan & Nadia’ is strijd. Terwijl Daan vecht tegen de dood, strijdt Nadia tegen het leven. Daan wil zo veel mogelijk van het leven genieten, uit angst dat hij aan de ziekte ten onder zal gaan. Daarom gebruikt hij iedere keer al zijn krachten om bij zijn vrienden te zijn. Nadia daarentegen ziet het leven niet meer zitten en trekt zich heel erg terug. Ze moet niet veel van andere mensen hebben en levert strijd met de gedachte of ze haar grote geheim nu wel of niet met iemand moet gaan delen.

De cover van het boek is echt heel mooi. Daan & Nadia kent een prachtige schrijfstijl. Doordat het in de ik-vorm is geschreven, ga jij je inleven in Daan en Nadia. Je maakt bijna zelf mee wat zij meemaken. Het leuke van het boek is dat het helemaal niet voorspelbaar is. De gevoelens en gedachten die Daan in zijn situatie heeft zijn heel erg realistisch gezien zijn ziekte. Bij Nadia had ik dat wel iets minder, gezien de situatie waarin zij zit. Ondanks dat was het een goed boek. Een echt  minpunt is wel dat er veel in gevloekt en gescholden wordt.

Meister, Marie de | De stilte van Thé

De stilte van Thé - Marie de Meister

Marie de Meister, die eerder onder het pseudoniem Rikki Holtmaat, de verhalenbundel De Koningin van Lombardije en de romans Het gebroken woord en De vertellers publiceerde, heeft met De stilte van Thé  een indrukwekkend boek geschreven.

Sophie Keller, een gevierd journaliste, gelukkig met haar partner Baauwe,  wordt geconfronteerd met een diep verborgen pijn in haar bestaan als ze een reportage maakt over het recht van adoptiekinderen om te weten wie hun ouders zijn. Een periode vol verdriet, onmacht en onzekerheid breekt aan, te meer daar Sophie letterlijk niet in staat is deze gevoelens met haar naasten te delen. Om te herstellen moet ze de confrontatie aan en onder ogen zien dat de versie van haar verleden die ze zichzelf heeft voorgehouden en die ze ook haar partner en de meeste van haar vriendinnen heeft wijsgemaakt niet meer houdbaar is.

De Meister maakt in De stilte van Thé gebruik van wisselingen in tijd en perspectief om een beeld te geven van de kinder- en jeugdjaren van Sophie in een groot rooms-katholiek gezin.  In die fragmenten zien we hoe Sophie haar vragen heeft over  de afwezige  en met geheimzinnigheid omgeven tante Thé . Over tante Thé mag niet gepraat worden, stilte is het parool. Maar dat kan niet voorkomen dat Sophie haar fantasie de vrije loop laat en daarin de werkelijkheid dicht weet te benaderen.

Als lezer weet je inmiddels veel meer over tante Thé dan Sophie. Uit de jaarlijkse briefwisseling met de in het klooster ingetreden zus Magda krijg je een beeld van Thé dat in eerste instantie moeilijk te rijmen is met het beeld dat Sophie later van haar schetst.

Knap laat De Meister de ontwikkeling zien die Thé doormaakt en die je haar keuzes enigszins laat begrijpen. Enigszins, want eigenlijk snap je haar totaal niet. Hoe komt iemand zo ver dat ze God verkiest boven haar kind? En is er dan geen weg terug?

Het zijn de vragen waar Sophie  mee worstelt. Ze wil graag antwoorden maar de angst om afgewezen te worden is levensgroot en is dat niet nog erger dan geen antwoorden te krijgen?  Er zijn tevens vragen die boven het verhaal over Thé en Sophie uitstijgen. Waar houdt het recht om te weten wat de ander bewoog op? Waar houdt het recht om te zwijgen en de ander de antwoorden te onthouden op?  De Meister zet je aan het denken.  Clara, een oude non, toont je een weg. Soms blijft er niets anders over dan elkaars keuzes en grenzen te aanvaarden, met alle pijn die dat geeft.

De stilte van Thé is een ontroerend en prachtig geschreven boek dat je stilzet bij wezenlijke vragen. De structuur van het boek houdt de spanning erin en  toont het verhaal vanuit verschillende perspectieven die elkaar aanvullen.  De cover van het boek, een zwaan in een mistige polder, benadrukt de stilte die zo’n belangrijke rol in het leven van Sophie speelt.

 

Heaberlin, Julia | Black Eyed Susans

Black Eyed Susans - Julia Heaberlin1996. Een seriemoordenaar vermoordt een meisje en gooit haar bovenop een stapel lijken in een kuil in een veld vol Black Eyed Suzans. Maar Tessie, zoals zijn laatste slachtoffer heet, is niet dood. Ze ligt met haar mond vol zand en haar ogen wijd open te staren, recht in het halfvergane gezicht van een van de eerdere slachtoffers. Een ervaring zo shockerend dat ze meent dat ze de dode meisjes hoort spreken en haar vragen om niet te rusten voor de moordenaar achter slot en grendel zit.

Heden. Tessa, zoals de volwassen Tessie zich noemt, is inmiddels een werkende moeder die als binnenshuis architecte haar brood verdient. Er is inmiddels iemand veroordeeld voor de zaak uit 1996, en deze persoon zit in de dodencellen en zijn dood is aanstaande. Tessa heeft twee hele goede vrienden. De een is een mensenrechtenactivist en de ander een officier van justitie. De mensenrechtenactivist vraagt zich af of ze de juiste man te pakken hebben en brengt Tessa aan het twijfelen. Daar komt nog bij dat Tessa op enig moment in haar eigen achtertuin een bedje vers geplante Black Eyed Susans aantreft, wat haar op het idee brengt dat dat wel afkomstig moet zijn van de seriemoordenaar, die op deze lugubere wijze aangeeft dat hij nog steeds naar haar op jacht is. Een race tegen te klok om de schijnbaar onschuldig vastzittende man te redden.

Heaberlin verwerkt, behalve een spannend verhaal, ook veel andere thema’s. Zo is Tessa moeder geworden, wat maakt dat ze behoorlijk beschermend is tegenover haar purerende dochter die daar niks van moet hebben. Ook het thema doodstraf wordt besproken: wat doe je als er gerede twijfel is gerezen? In Amerika valt er dan blijkbaar niet heel veel meer te doen, en moet je van goeden huize komen om een zaak heropend te krijgen. Het meest pregnante thema vind ik misschien nog wel de vriendschap van Tessa met haar jeugdvriendin Lydia. Meiden kunnen op een leeftijd van 16 jaar zo aan elkaar verknocht raken, dat hun levens door elkaar beginnen te lopen. Als dat dan plotseling wordt beëindigd, gaat niet elke meid daar goed mee om.

Al met al een onderhoudend verhaal van Heaberlin. De twee tijdlijnen, die ook nog eens een keer worden doorspekt met dialogen in het hoofd van Tessa en Tessie, zijn wel een beetje warrig af en toe. Koppie erbij houden als je dit boek pakt. Verder goed geconstrueerd. Je ziet het voor je hoe de jonge Tessie een getuigenverklaring in de mond wordt gelegd, waarop de man wordt veroordeeld. De spanning die de vraag of je al die jaren later nog steeds achter je getuigenis kunt staan waardoor een man gaat sterven oproept, is mooi opgebouwd. Gokje: het boek zal door dames meer gewaardeerd worden dan door mannen.

Spits, Jerker | Staalhelmen en curryworst

Staalhelmen_en_c_566ecf105105dAan de hand van 15 typisch Duitse fenomenen neemt Duitslandkenner Jerker Spits de lezer mee op reis door de eeuwenoude cultuurgeschiedenis van Duitsland: Staalhelmen en curryworst is daarmee een feit. Jerker Spits schrijft voor diverse media waaronder Trouw en De Groene Amsterdammer. Hij heeft Duitse taal- en letterkunde gestudeerd en woonde lange tijd in Duitsland. Gepokt en gemazeld, ondergedompeld in ‘Germanij’, vertelt hij op aanstekelijke en levendige wijze over zijn Duitsland.

Jerker Spits is helder in zijn voorwoord: ‘Dit boek richt zich op de lezer die meer wil weten over de Duitse cultuur.’ En even verderop: ‘Ik wil laten zien waarom de Duitse cultuur niet alleen je hoofd, maar vooral ook je hart raakt.’ De hoofdstukken zijn onafhankelijk van elkaar goed te lezen, je kunt er in grasduinen en zelf de volgorde bepalen waarin je alles tot je neemt.

Een paar onderwerpen die de revue passeren:

  • Volkswagen, Mercedes Benz en Porsche. Tja, je ontkomt er niet aan: ‘In september 2015 deed een schandaal de Duitse auto-industrie op haar grondvesten schudden.’ Voorzien van talrijke (smeuïge) details neemt Spits de lezer mee door de autogeschiedenis van Duitsland. Vooral het verhaal over de auto van keizer Wilhelm is aandoenlijk.
  • Barnsteen. Wat heeft Duitsland met barnsteen? En wat is de betekenis van de barnsteenkamer? Een mysterieus gegeven…
  • Literatuur heeft in deze geschiedschrijving ook zijn plaats. Van Grimms Worterbuch tot Gunther Grass, van boekverbrandingen tot Lutherbijbel. De blikken trommel, een van Grass’ bekendste werken, spreekt enorm tot de verbeelding. Van Grass wordt gezegd: ‘Hij spreekt de natie aan op haar politieke geweten, in de veronderstelling dat ze een dergelijk geweten heeft.’ 
  • De Duitse taal verwijst vaak naar het bos. Veel spreekwoorden zijn ontleend aan het woud: ‘Es juckt die Eiche nicht, wenn die Sau sich an ihr krazt’. De vertaling laat ik graag over aan de liefhebber.
  • Goethe, hoe kan het ook anders, heeft zijn (literaire) stempel gedrukt op het land. Spits zegt hierover in zijn dankwoord ( ‘Danke schon’): ‘Hanco Jurgens en Jacco Pekelder hebben me bij de les gehouden en voorkomen dat ik bij elk hoofdstuk weer over mijn idolen Goethe en Thomas Mann begon.’
  • En uiteraard komt de Duitse staalhelm voorbij alsook de culinaire curryworst. Het gedeelte dat handelt over de curryworst in de literatuur is vermakelijk. Over de staalhelm schrijft Spits: ‘De Duitse helm was beter dan de Franse (…) De helm stond symbool voor een nieuwe, moderne oorlogsvoering en voor eensgezindheid. Iedereen droeg een staalhelm.’

De grote verschillen tussen Oost en West worden op een heldere en speelse manier goed uitgewerkt en neergezet in Staalhelmen en curryworst.  Na een korte intro per hoofdstuk waarin hij grofweg aangeeft wat er gaat komen in het daaropvolgende gedeelte beschrijft hij in relatief korte hoofdstukken de fenomenen van nul tot nu. Jerker Spits laat zien wat we vandaag de dag kunnen leren van de Duitse cultuurgeschiedenis en plaatst de onderwerpen in een breder historisch perspectief.  Een kanttekening tot slot: dit boek had nog meer aan waarde kunnen toenemen als er bij de hoofdstukken meer beeldmateriaal was opgenomen.